sappige coquilles, perfect gebakken en bedekt met een verfijnde citrus-gembersaus. Een culinair meesterwerk dat de smaakpapillen streelt en je gasten betovert met zijn verrassende harmonie van smaken.
Ingrediënten voor 2 pers. als hoofgerecht of 4 als voorgerecht:
Bereiding:
Begin met het voorbereiden van de saus. Verhit een eetlepel olijfolie in een kleine pan op middelhoog vuur. Voeg de fijngehakte knoflook en geraspte gember toe. Bak het geheel gedurende 1-2 minuten tot de knoflook licht goudbruin is en de geurige aroma's vrijkomen.
Voeg het citroensap, sinaasappelsap, citroenrasp, sinaasappelrasp, honing en sojasaus toe aan de pan. Roer alles goed door elkaar en laat het geheel op laag vuur sudderen, zodat de smaken zich kunnen vermengen. Laat de saus zachtjes pruttelen gedurende 5-7 minuten, of totdat het iets is ingedikt. Haal de pan van het vuur en zet de saus even apart.
Verhit ondertussen een eetlepel olijfolie en een eetlepel boter in een grote koekenpan op middelhoog vuur. Bestrooi de coquilles aan beide zijden met zout en zwarte peper. Zodra de pan heet is, leg je de coquilles voorzichtig in de pan en bak je ze gedurende ongeveer 2-3 minuten aan elke kant, tot ze mooi goudbruin en gaar zijn. De coquilles moeten veerkrachtig aanvoelen wanneer je er lichtjes op drukt.
Zodra de coquilles gaar zijn, haal je ze uit de pan en leg je ze op een warm bord om even te rusten.
Voeg de resterende eetlepel boter toe aan de pan en smelt deze. Voeg vervolgens de gereserveerde citroen-gembersaus toe aan de pan en laat het geheel nog even sudderen, terwijl je de saus goed doorroert.
Plaats de coquilles terug in de pan en schep de saus over de coquilles. Zorg ervoor dat alle coquilles bedekt zijn met de saus. Laat het geheel nog 1 minuut sudderen, terwijl je voorzichtig de coquilles omdraait, zodat ze gelijkmatig bedekt worden met de saus.
Haal de pan van het vuur en serveer de coquilles direct. Garneer met verse koriander en eventueel extra citroen- en sinaasappelrasp voor een extra frisse smaak.
Ingrediënten
Aanwijzingen
Begin met het voorbereiden van de saus. Verhit een eetlepel olijfolie in een kleine pan op middelhoog vuur. Voeg de fijngehakte knoflook en geraspte gember toe. Bak het geheel gedurende 1-2 minuten tot de knoflook licht goudbruin is en de geurige aroma's vrijkomen.
Voeg het citroensap, sinaasappelsap, citroenrasp, sinaasappelrasp, honing en sojasaus toe aan de pan. Roer alles goed door elkaar en laat het geheel op laag vuur sudderen, zodat de smaken zich kunnen vermengen. Laat de saus zachtjes pruttelen gedurende 5-7 minuten, of totdat het iets is ingedikt. Haal de pan van het vuur en zet de saus even apart.
Verhit ondertussen een eetlepel olijfolie en een eetlepel boter in een grote koekenpan op middelhoog vuur. Bestrooi de coquilles aan beide zijden met zout en zwarte peper. Zodra de pan heet is, leg je de coquilles voorzichtig in de pan en bak je ze gedurende ongeveer 2-3 minuten aan elke kant, tot ze mooi goudbruin en gaar zijn. De coquilles moeten veerkrachtig aanvoelen wanneer je er lichtjes op drukt.
Zodra de coquilles gaar zijn, haal je ze uit de pan en leg je ze op een warm bord om even te rusten.
Voeg de resterende eetlepel boter toe aan de pan en smelt deze. Voeg vervolgens de gereserveerde citroen-gembersaus toe aan de pan en laat het geheel nog even sudderen, terwijl je de saus goed doorroert.
Plaats de coquilles terug in de pan en schep de saus over de coquilles. Zorg ervoor dat alle coquilles bedekt zijn met de saus. Laat het geheel nog 1 minuut sudderen, terwijl je voorzichtig de coquilles omdraait, zodat ze gelijkmatig bedekt worden met de saus.
Haal de pan van het vuur en serveer de coquilles direct. Garneer met verse koriander en eventueel extra citroen- en sinaasappelrasp voor een extra frisse smaak.